In deze folder geeft Spijkenisse Medisch Centrum u algemene informatie over acute verwardheid (delier) tijdens een opname in het ziekenhuis. Wij adviseren u deze informatie goed te lezen. Aanvullingen op deze informatie worden door uw behandelend arts aan u verteld.
Wat kunt u merken als er een delier is?
- Onrustig in gedrag en bewegingen;
- Wisselende helderheid, een patiënt kan tijdens een gesprek zomaar in slaap vallen;
- Kan de aandacht niet vasthouden;
- Maakt vraag of antwoord niet af, of geeft een antwoord dat niet past bij de vraag;
- Reageert langzaam, als er wat gevraagd wordt;
- Weet niet waar hij/zij is, herkent zijn naasten niet meer;
- Weet niet wat er pas gebeurd is;
- Is aan het ‘plukken’, trekt aan slangen (van het infuus bijvoorbeeld), wil uit bed terwijl dit niet kan;
- Is opeens verdrietig;
- Ziet of hoort dingen die er niet zijn;
- Heeft soms achterdochtige gedachten;
- Kan angstig en ontremd zijn.
Wat kan dit betekenen voor de patiënt?
- Draait nacht en dag om;
- Er is geen gesprek mogelijk, omdat hij/zij snel is afgeleid door de omgeving;
- Angst, omdat ze niet weten waar ze zijn en waarom, ze herkennen bekenden plots niet meer;
- Plotseling heel verdrietig zijn en niet kunnen vertellen waarom;
- Iets zien of horen wat er niet werkelijk is. Dit kan angstig zijn;
- Niet veilig voelen, niemand vertrouwen, bijvoorbeeld: niet willen eten of drinken, omdat ze bang zijn vergiftigd te worden, medicijnen worden dan ook niet ingenomen.
Soms is de patiënt juist erg stil en/of slaapt veel; de patiënt is in zijn eigen wereld. Dit wordt een
stil of apathisch delier genoemd. Ook hierbij is het van belang dat veiligheid geboden wordt. Het is dan belangrijk om de patiënt licht te prikkelen om in de realiteit te komen. Er kan ook sprake zijn van een combinatie van beide soorten delier; dan is de patiënt overdag erg rustig tot apathisch en zodra het donker wordt, paniekerig en niet te kalmeren.
Hoe ontstaat een delier?
Een delier wordt altijd veroorzaakt door één of meerdere lichamelijke factoren. Oorzaken kunnen zijn: een opname, een infectie, een operatie, uitdroging en/of sommige medicijnen. Ook kan het plotseling stoppen met alcohol, kalmeringsmiddelen of nicotine een aanleiding zijn voor het ontstaan van een delier.
Wie overkomt het?
Een delier kan iedereen overkomen, maar treedt het meest op bij opgenomen patiënten die al wat ouder zijn, cognitieve stoornissen hebben of eerder een delier hebben doorgemaakt. Ook slechtziendheid of slecht horend zorgen voor een hoger risico op een delier.
Behandeling
De behandelend arts probeert zo snel mogelijk de oorzaak van een delier vast te stellen en deze te behandelen. De geriater zal erbij gevraagd worden om mee te behandelen. Vaak worden er medicijnen gegeven om de verschijnselen van het delier te verminderen. Indien in het vervolg een opname nodig is, bestaat de kans dat u wordt opgeroepen voor een preoperatief spreekuur voor oudere patiënten (>dan 70), waarbij wordt gekeken hoe groot het risico is op een terugkerend delier. Indien nodig, zal er preventieve medicatie en verpleegkundige maatregelen voorgeschreven worden. Het kan ook zijn dat u, enkele maanden na opname, een afspraak krijgt op de poli geriatrie, om u verder te laten onderzoeken.
Hoe kunt u, als bezoek, uw naaste steunen?
U wilt uw naaste graag helpen, maar u weet niet of u het goed doet en soms lijkt het ook of hij/zij uw hulp afwijst. Belangrijk is dat u begrip heeft voor het feit dat uw naaste er niets aan kan doen en dat hij/zij meestal geen besef heeft van zijn/haar gedrag. Soms is het besef er echter wel en kan dit angstig, verdrietig of beschamend voor hem/haar zijn. Probeer uw naaste gerust te stellen of vraag de verpleegkundige u hierbij te helpen.
Hieronder geven wij u enkele tips die helpen om te zorgen dat het delier zo snel en veilig mogelijk verdwijnt:
- Zorg voor een rustige omgeving en beperk het aantal mensen om u heen;
- Laat de patiënt zo min mogelijk alleen. Indien nodig, zal de verpleging vragen of u aanwezig wilt blijven bij de maaltijden of zelfs in de nacht;
- Spreek in duidelijke, korte zinnen;
- Let erop dat de bril/het gehoorapparaat gebruikt wordt;
- Kom niet met meer dan twee personen op bezoek, dit geeft teveel prikkels;
- Bied zoveel mogelijk herkenningspunten aan, bijvoorbeeld wie u bent, wat u komt doen, welke dag het is en hoe laat het is, enz;
- Zorg dat de patiënt zicht heeft op een goed werkende klok en een kalender;
- Neem bekende spullen mee van thuis, bijvoorbeeld een foto van een geliefde of huisdier. Dit kan een vertrouwd en veilig gevoel geven;
- Zorg voor goede verlichting, doe ‘s nachts eventueel een klein lampje aan;
- Als de patiënt dingen ziet die er niet zijn, ga daar niet tegenin maar toon begrip en zeg hoe u de werkelijkheid ziet. Als dit geen effect heeft, laat het onderwerp dan even rusten;
- Wek geen achterdocht door te gaan fluisteren of deuren op slot te doen;
- Geef veranderingen in de situatie zo snel mogelijk door aan de verpleegkundige;
- Vraag aan de verpleegkundigen om uitleg als er voor u iets niet duidelijk is of als u zich zorgen maakt.
Tot slot
Inzien medische gegevens
Op mijn.spijkenissemc.nl kunt u uw medisch dossier inzien. U kunt ook inloggen via onze website www.spijkenissemc.nl.
Vergoeding ziekenhuiszorg
Niet alle ziekenhuiszorg wordt vergoed door uw zorgverzekeraar. Ook betaalt u altijd de hoogte van uw eigen risico. Vraag vooraf bij uw zorgverzekeraar na of uw bezoek en/of behandeling in het ziekenhuis wordt vergoed. Meer informatie vindt u op www.dezorgnota.nl.Neemt u voor vragen, meer informatie of het afmelden van een afspraak contact op met polikliniek Geriatrie. De polikliniek is bereikbaar op 0181-65 83 70 of via de BeterDichtbij app. Raadpleeg de website www.spijkenissemc.nl voor actuele openingstijden. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen via het algemene telefoonnummer 0181-65 88 88.