Logo Spijkenisse Medisch Centrum.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Plastische chirurgie

Borstreconstructie

Borstreconstructie

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door

In deze folder geeft Spijkenisse Medisch Centrum u algemene informatie over een borstreconstructie. Wij adviseren u deze informatie goed te lezen. Aanvullingen op deze informatie worden door uw behandelend arts aan u vertelt.


Algemeen

Wij adviseren u deze informatie zorgvuldig te lezen. Het is goed u daarbij te realiseren dat uw persoonlijke situatie anders kan zijn dan beschreven. Vroeger kwam een borstkanker patiënte pas voor een borstreconstructie in aanmerking als zij genezen werd beschouwd. Dat was meestal vijf jaar na een borstamputatie. Tegenwoordig is bekend dat een reconstructie niets verandert aan het verloop van de ziekte maar wel de kwaliteit van de overleving verbetert. Een borstreconstructie kan worden uitgevoerd zes tot twaalf maanden na een amputatie of na beëindiging van eventuele na bestraling en/of chemotherapie. Het is ook mogelijk de reconstructie te laten doen tijdens dezelfde operatie waarin de amputatie wordt verricht. Er zijn verschillende manieren om een borst te reconstrueren. Niet iedere methode is geschikt voor elke patiënt. Welke methode voor u het meest geschikt is, bespreekt de plastisch chirurg met u.

Directe reconstructie

Een directe reconstructie houdt in dat door middel van een wat langere operatie u na een mastectomie (verwijdering van al het borstweefsel wegens kanker of een voorstadium daarvan) direct een reconstructie krijgt. Hierdoor hoeft u niet te ervaren hoe het zonder een borst is.

Reconstructie met behulp van een borstimplantaat

Bij deze methode wordt een prothese onder de grote borstspier geplaatst om een betere bedekking van het implantaat te verkrijgen. Deze methode kan direct na de huid sparende amputatie, tijdens dezelfde narcose, worden uitgevoerd. Het is dan niet nodig om een uitwendige prothese te dragen.

Tissue-expander methode

Als de huid na een amputatie te strak is om direct een prothese te plaatsen, wordt eerst een zogenoemde ballon of tissue-expander ingebracht. Deze zorgt ervoor dat de huid en borstspier opgerekt worden. Het vullen van de tissue expander verloopt in etappes. Hiervoor moet u vier tot acht weken vaak wekelijks naar de polikliniek. Het vullen gebeurt met een injectienaald waarmee door de huid de vulnippel wordt aangeprikt en gevuld wordt met fysiologische zoutwateroplossing tot het gewenste resultaat bereikt is. Daarna volgt de tweede fase waarin een blijvend borstimplantaat wordt geplaatst welke na chemo- en/of radiotherapie plaatsvindt. Dit is gewoonlijk binnen 6-12 maanden na de amputatie. Deze methode kan uitgevoerd worden direct na de amputatie maar ook korte of langere tijd daarna. Bij deze methode zijn in principe twee operaties vereist, namelijk allereerst om de expander in te brengen waarna de definitieve prothese geplaatst wordt.

Reconstructie met eigen weefsel

Bij onvoldoende huid of spierweefsel na een amputatie of als de huid is bestraald, is het nodig allereerst voldoende gezond weefsel aan te brengen op de plaats van de verwijderde borst. Bij deze methode wordt eigen huid en spierweefsel van uw rug of buik gebruikt voor de reconstructie.

Rugspiermethode (latissimus dorsi, LD)

Door het verwijderen van de rughuid met de daaronder gelegen spier, ontstaat een litteken. Dit litteken valt meestal onder het bh-bandje. Een schuin litteken is soms onvermijdelijk. Vaak wordt tijdens de operatie direct een prothese ingebracht. Soms wordt eerst een expander geplaatst.

Buikmethode (DIEP lap)

Bij deze methode wordt eigen huid en vetweefsel van de buik gebruikt voor de reconstructie. De buikspieren worden in principe niet meegenomen. Er ontstaat een litteken in de bikinilijn van de ene bekkenkam, via het schaambeen naar de andere bekkenkam en daarnaast komt er een litteken rond de navel. Het weefsel van de buik wordt losgekoppeld en de bloedvaten worden met de microscoop weer aangesloten. Deze operatie wordt niet elk ziekenhuis uitgevoerd. Desgewenst moet u hiervoor verwezen worden. De methode die gekozen wordt hangt sterk af van uw algemene gezondheid en de toestand van uw huid in het borstgebied. De plastisch chirurg bespreekt met u de meest geschikte methode.

Tepel

Als de tepel mogelijk kankercellen bevat, kan deze niet worden gespaard. De tepel kan opnieuw gereconstrueerd worden. Dit kan echter pas nadat de nieuwe borst min of meer de definitieve vorm heeft gekregen. Meer informatie over de tepelreconstructie vindt u in de aparte folder.

Prothesen

Borstprothesen bestaan uit een soepel siliconen omhulsel dat vooraf gevuld is met een siliconengel, tenzij deze tijdens of na de operatie gevuld wordt met fysiologisch zoutwateroplossing. Het is wetenschappelijk bewezen dat het gebruik van siliconenprothesen niet tot gezondheidsrisico’s leidt. Daarnaast blijkt dat siliconenprothesen het risico dat borstkanker terugkomt niet verhoogt. Voor uitgebreidere informatie over siliconen borstprothesen wordt u verwezen naar de chirurgische bijsluiten van de Nederlandse Vereniging van Plastische Chirurgie (www.nvpc.nl).

Drains

Tijdens de operatie worden er drains geplaatst, dit zijn dunne slangetjes waardoor bloed en vocht uit de wond weggevoerd kan worden. U gaat meestal met de drains naar huis.

Gezonde borst

Na een borstreconstructie van een borst is het vaak moeilijk om de gereconstrueerde borst gelijk te maken aan de andere, gezonde borst. De grootte en vorm verschillen vaak. Dit kan verholpen worden door middel van:

Operatieve behandeling - Algemeen


Operatieve behandeling - Voor de operatie

Operatieve behandeling - Directe nazorg In het ziekenhuis

Vaak mag u na 2 dagen naar huis. U komt voor ontslag naar de polikliniek ter controle.

Thuis

Operatieve behandeling - Hersteltraject

Operatieve behandeling - De complicaties

Bij elke operatie is er een klein risico op complicaties zoals narcoseproblemen, trombosebeen, wondinfectie of een nabloeding. Bij aanhoudende pijn, zwelling, koorts en/of roodheid en bij twijfel kunt u contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie.

Andere mogelijke complicaties

Roken geeft een slechtere wondgenezing en een verhoogde kans op complicaties. Antistolling en aspirine gebruik geven een verhoogde kans op nabloedingen.

Tot slot

Inzien medische gegevens
Op mijn.spijkenissemc.nl kunt u uw medisch dossier inzien. U kunt ook inloggen via onze website www.spijkenissemc.nl.

Vergoeding ziekenhuiszorg
Niet alle ziekenhuiszorg wordt vergoed door uw zorgverzekeraar. Ook betaalt u altijd de hoogte van uw eigen risico. Vraag vooraf bij uw zorgverzekeraar na of uw bezoek en/of behandeling in het ziekenhuis wordt vergoed. Meer informatie vindt u op www.dezorgnota.nl.

Neemt u voor vragen, meer informatie of het afmelden van een afspraak contact op met polikliniek Plastische Chirurgie. De polikliniek is bereikbaar op 0181-65 82 28 of via de BeterDichtbij app. Raadpleeg de website www.spijkenissemc.nl voor actuele openingstijden. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen via het algemene telefoonnummer 0181-65 88 88.


Foldernummer: PLCHIR-28-062021
Laatst bijgewerkt op: 12-06-2025


Spijkenisse Medisch Centrum

Ruwaard van Puttenweg 500
3201 GZ Spijkenisse

Tel: 0181 - 658888

Plan uw route
Buitenpolikliniek Rozenburg

Blankenburg 6
3181 BC Rozenburg
Volg ons op

Waardeer ons op

Zorgkaart Nederland
Deze website maakt gebruik van cookies. Lees onze cookieverklaring .
Gezien